Wendie Lenssen

Wendie Lenssen vervult vele taken binnen OGVO. Ze is docent Nederlands bij het Valuascollege en waar ze voorheen ook nog werkte als ondersteuningscoördinator, werkt ze sinds kort als beleidsmedewerker Onderwijsinnovatie en Professionalisering bij de Service Unit. Nieuwsgierig naar haar drijfveren? Je leest het hier!

Vertel eens wat meer over je loopbaan.

”Na de middelbare school ben ik docent Nederlands gaan studeren en daarna ben ik meteen fulltime gaan lesgeven. Toen ik hier op het Valuascollege terecht kwam, werd mij op een gegeven moment de vraag gesteld of ik iets met taal en beleid wilde doen. Toen was er heel erg sprake van een reken- en taalachterstand. Toen waren de referentieniveaus erg belangrijk. Daar moest beleid voor geschreven worden en dat heb ik gedaan. Later ben ik ook stagebegeleider geworden en toen kwam mijn huidige taak voorbij: ondersteuningscoördinator.’’ 

Als je OGVO zou mogen omschrijven in drie woorden wat zou je dan zeggen?
‘’Dat vind ik lastig, want ik heb natuurlijk wel de ‘Valuaspet’ op. Ik heb nu gelukkig meer contact met de andere twee campussen. Daarom zou ik zeggen dat ik OGVO kleinschalig vind. Verder zou ik nog dynamisch noemen, want de drie campussen samen hebben een groot en gevarieerd aanbod voor de leerlingen. Het Valuascollege is bijvoorbeeld de artistieke school. Tot slot vind ik de organisatie laagdrempelig. Iedereen krijgt de kans op zich te ontplooien. Dat vind ik wel fijn, want ik denk dat de organisatie moet investeren in zijn kapitaal en dat zijn de leraren. Daardoor wordt er meer de nadruk gelegd op professionalisering. Zo heb ik de master Educational Needs mogen volgen voor mijn taak als ondersteuningscoördinator.’’

Maakt dat OGVO ook speciaal voor jou?
‘’Ja, het mooiste aan mijn functie vind ik dat ik dankbaar mag zijn met de mogelijkheid om door te groeien. Ik geef al 25 jaar les en dat doe ik nog steeds met veel plezier, maar op een gegeven moment merkte ik dat ik een stapje zijwaarts vooruit wilde. Ik sta voor verdiepen en verbreden, maar wat doe je met leraren die dat niet doen? Wil je een kwalitatief goede school blijven, dan zul je ook echt iets moeten aanreiken aan docenten: hoe ga jij jezelf ontwikkelen? Over onderwijs zegt men vaak dat mensen afhaken vanwege te weinig mogelijkheden. Maar je kunt

 wél doorgroeien van docent naar teamleider, maar je kunt ook doorgroeien in je vak. Ik denk dat collega’s dan ook gemotiveerd blijven.”  

Wat is het allermooiste docent zijn?
‘’Je kunt het verschil maken. Als ik door de stad loop, dan kom ik leerlingen tegen die zeggen: ‘Hey mevrouw! Weet u dat nog…?’ Vaak weet ik niet precies waar ze het over hebben, maar dat is evengoed bijzonder. Leerlingen herinneren zich dat nog. Ik heb dat natuurlijk als vakdocent gehad, maar de leerlingen die bij mij komen als ondersteuningscoördinator of mentor die hebben een bepaalde kwetsbaarheid. Als je die leerlingen over de streep trekt, je ziet dat ze groeien en hun diploma halen, dat is fantastisch. Je hebt vaak een klas van dertig dus je hebt niet met iedereen g

oed contact. Ondanks dat het er zo veel zijn, wil ik leerlingen het gevoel geven dat ik ze zie, dan creëer je een bepaalt soort vertrouwen en veiligheid in de klas en dan kun je alles met ze.’’ 

Is docent zijn voor iedereen weggelegd?
‘’Ik denk het niet. Ik heb hier ook als stagebegeleider gewerkt. Sommige stagiaires hebben het gelijk in de vingers en andere hebben een langere weg nodig. Verder moet je iets hebben met leerlingen. Ik ben wel eens collega’s tegenkomen die uit wanhoop docent zijn geworden, omdat het in het bedrijfsleven niet gelukt is. Die houden het niet vol. Je zult toch echt buiten je comfortzone moet treden. Niet iedereen kan dus docent worden, maar als je hart hebt voor je vak, de leerlingen en je krijgt goede begeleiding dan komt het vast goed.’’ 

Wat maakt het vak Nederlands zo bijzonder?
‘’Nederlands is een vak dat heel erg dienstbaar is naar de andere vakken toe. Daar leer je de basis. Wat je bij Nederlands leert daar heb je bij alle vakken iets aan. Het begint allemaal met taal, zelfs wiskunde is taal. Vroeger kon je heel dyslectisch zijn of heel slecht zijn in taal, maar nu is wiskunde ook taal. Als je Nederlands niet goed kan, dan heb je daar last van bij alle andere vakken.’’ 

Zie je jezelf dit wel nog doen over 5 jaar?
‘’Ja, ik heb voor mezelf nu die balans gevonden. Ik denk dat het heel lastig gaat worden als ik tot mijn 65e fulltime les ga geven. Dat zou ik mezelf niet zien doen, want ik ben iemand die veel van zichzelf vraagt. Ik stap niet onvoorbereid mijn les in en je leeftijd die gaat toch een rol spelen.’’ 

Meer collega’s leren kennen? Dat kan hier!